Joods-Christelijke Bijbelweek
Door: Leo van der Stelt
Eindelijk was het zover! Mijn eerste deelname aan de week was dan wel 2 keer uitgesteld vanwege Corona, maar dit jaar niet meer.
Ik was ervoor uitgenodigd door mijn broer Peter. Die heeft al vele jaren ervaring met dit gebeuren. Het vindt in principe 1 keer per jaar plaats. Met nu al de 54e keer kent het dus een lange traditie.
Dit jaar waren er ongeveer 80 deelnemers. De meesten daarvan waren afkomstig uit Duitsland, Nederland en Engeland. Enkelen kwamen zelfs ook uit Israël.
Velen die er deelnemen komen alleen. Anderen zijn samen met iemand anders. Er waren zelfs twee paar ouders met heel jonge kinderen. Ik was er samen met mijn broer en een vriend van hem.
Duidelijk was van te voren dat de bindende factor tussen ons allen de Bijbel is. We hebben gemeenschappelijk onze traditie die voortkomt uit de geschiedenis van de joden. Het is beschreven in het oude testament, zo noemen we die volgens onze christelijke traditie. Het is het eerste testament in onze bijbel. De joden in het algemeen kennen het nieuwe testament niet. Zij zien Jezus Christus niet als de vervulling van de profetie die de komst van de Messias voorspelt. Dit is dan wel in tegenstelling tot wat veel christelijke kerken leren, maar het is een gegeven in de bijbelweek waar geen strijdpunt van gemaakt wordt.
Wat op deze bijbelweken centraal staat voor hen die hier komen is het respect wat Joden en Christenen voor elkaar hebben. Bovenaan staat daarbij, zo kunnen we kortweg zeggen, het grote gebod: Mensen heb elkaar lief en God boven alles. Dit duale kunnen we hierbij als een twee-eenheid zien.
Daarnaast zeggen we ook gemeenschappelijk: Deze Aarde met alles er op en er aan kunnen we zien als Gods Schepping een schepping die nog onvolmaakt is. Het is (nog) niet af.
Elke bijbelweek staat er een Bijbels (oudtestamentisch) thema centraal. Deze keer was dat het tweede deel van het Bijbelboek Job. Op maandag tot en met vrijdag zijn er gespreksgroepen die de teksten lezen en bespreken. Dit gaat in elk geval tweetalig in het Engels en het Duits, maar ook zoveel mogelijk in het Hebreeuws, de oorspronkelijk tekst en regelmatig in het Nederlands, vanwege het grote aantal aanwezige Nederlanders.
Naast de gespreksgroepen op iedere ochtend zijn er nog heel veel andere activiteiten, creatieve met dans en het maken van artistieke uitingen op papier of op andere makkelijk maakbare wijze, zang, en inhoudelijke voordrachten. Een bijzondere plaats nemen ook wel alle vieringen in. Iedereen kan daaraan naar behoefte deelnemen. Elke ochtend is er een korte psalmlezing en natuurlijk zijn er de grote vieringen op vrijdagavond en zaterdag, de sabbat, en zondagochtend de christelijke.
Aankomst en vertrek van de meesten zijn op de zondagmiddag.
De vriendelijkheid van de deelnemers overtrof mijn, toch al wel best hoge, verwachtingen. Er is groot respect voor elkaar en elkaars achtergronden. De mensen in alle verscheidenheid zijn rustig, gericht op vrede tussen elkaar en tussen groeperingen in deze wereld. Dat maakte hun heel interessant voor mij. Zij zijn bewogen met cultuur en achtergronden van allerlei historische ontwikkelingen. Velen in de gespreksgroepen hebben een theologische of pastorale achtergrond, hebben veel kennis en spreken meerdere talen behoorlijk vloeiend. Er is regelmatig een academische benadering van de diverse onderwerpen die zich voordoen. Met het boek Job komt dat heel goed tot uiting. Behalve de grote vraag, waarom Job, “de beste gelovige in de ogen van God” zoveel leed overkomt vindt er in het boek enorme beeldspraak plaats met vergelijkingen naar natuurfenomenen, extreme gebeurtenissen en overtuigingen. In de uitleg en toelichtingen voelde ik mij regelmatig een kleine jongen. Het boek Job is in feite een theaterstuk, een bedacht verhaal met grootse bewoordingen die zich afspeelt als gevolg van de opvattingen van God en de Satan (of de Aanklager) en zo leidt tot een fictieve plot waarin Job zichzelf beklaagt, omdat hij Gods aanwezigheid niet meer ervaart en 3 goede vrienden van Job stellen dat hij wel iets verkeerds gedaan moet hebben. Want dat verklaart toch zijn lijden. Job bestrijdt dat en roept om God als degene waartoe hij zich zou moeten kunnen wenden. God verschijnt uiteindelijk en stelt, samenvattend, dat wij mensen het Godsbestuur met ons waarnemen en denken niet kunnen doorgronden. Het dramatische stuk loopt toch nog goed af. Job herstelt en komt weer helemaal in goede doen.
Zoals ik al aangaf was het voor mij een bijzondere en verrassende bijbelweek. Maar wat mij wel tegenviel was dat er naar mijn mening te weinig gekeken werd naar de huidige wereld. Ondanks dat in mijn gespreksgroep de Bijbelse tekst in relatie tot de huidige wereld centraal stond vond ik weinig maatschappelijke betrokkenheid met de actuele gebeurtenissen in deze wereld.
Ik heb het op verschillende momenten wel geprobeerd. In de discussie in onze groep. Door mij aan te melden voor de zogeheten speakerscorner. Iedereen kon dat. Een onderwerp behandelen in 20 minuten. Het werd dan centraal aangekondigd met een zelf gekozen titel op een geschikt tijdstip en in een geschikt zaaltje. Ik hield mijn verhaal over schone energie als belangrijk thema in deze wereld.
Ik kreeg 5 geïnteresseerde deelnemers in mijn zaaltje. Een redelijk normaal aantal bij een dergelijke bijeenkomst. Het was mooi om het te doen en ik merkte dat ook anderen, die er niet bij waren, het waardeerden dat ik over een dergelijk onderwerp een verhaal hield met natuurlijk ook wel enige discussie. Het was prima zo.
Wat mij nog wel meer voldoening gaf was de grote discussiebijeenkomst op de zaterdagmiddag. Iedereen kon gedurende de week op papier vragen daarvoor indienen. Deze konden we in een grote pot doen. Een voorbereidingsgroepje selecteerde daaruit belangrijk geachte vragen. Deze werden op de bijeenkomst voorgelezen en iedereen die wilde reageren kon naar voren komen, plaatsnemen op 1 van enkele stoelen die klaarstonden en in 3 minuten reageren op de gestelde vraag. De tijdsduur werd nauwkeurig bijgehouden. In deze sessie van 5 kwartier kwamen vier vragen aan de orde en op elke vraag waren meerdere reacties. Ik had 2 vragen ingediend. De derde vraag die aan de orde kwam was van mij. Kortweg luidde die als volgt: Wat kunnen wij doen vanuit onze achtergrond en in deze tijd om de negatieve effecten van de snelle klimaatverandering tegen te gaan? Er ontstond een energieke discussie, onverwacht bewogen met veel reacties op deze vraag. Een redelijk jonge vrouw van ongeveer 25 jaar vertelde enthousiast en bewogen dat ze in Engeland deel uitmaakte van Extinction Rebellion. De wereldwijd actieve groepering die opzienbarende, geweldloze acties houdt met daarin wel enige burgerlijke ongehoorzaamheid, maar ook binnen een duidelijk afgesproken vreedzame gedragscode. Een andere wat oudere Nederlandse man wees op de goede “ecologische bekering” die nodig is volgens de huidige paus Franciscus via zijn encycliek Laudato si.
Na afloop gaven velen aan, dat zij dit de meest aansprekende was van de 4 vragen die in deze bijeenkomst aan de orde kwamen.
Ik ervaarde dat er op deze studie- en ontmoetingsweek toch ook nog iets verrassends en heel belangrijks naar voren gekomen was, die zeker helemaal betrekking had op Leven met de Aarde.